‘Ben je gelukkig?’ Een mooie vraag, een modieuze ook. Als die ander zegt niet gelukkig te zijn dan kun je een zelfhulpboek of een cursus suggereren. Maar daarmee komt er nog meer druk te liggen op het ideaal van geluk: de druk op geluk zorgt voor het tegenovergestelde. In het periodieke onderzoek naar wereldwijd geluk bijvoorbeeld zie je een schaduwkant opdoemen bij de landen die hoog scoren: relatief veel mensen zijn daar depressief.
‘Het najagen van geluk maakt mensen ongelukkiger’, zegt ook de Amerikaanse psychologe Emily Esfahani Smith. Recent publiceerde zij het boek De kracht van betekenis waarin ze zegt dat de westerse cultuur geobsedeerd is door geluk. Maar dat kun je niet afdwingen en daarmee jaag je bovendien het verkeerde doel na. Volgens haar zou het om betekenisgeving en zingeving moeten gaan in plaats van geluk. Mensen willen zich verbonden voelen, een doel hebben in het leven en iets bijdragen aan de gemeenschap. Dat soort zaken. Ze zegt dat mensen geluk vooral associëren met een gemakkelijk leven: een leven waarin men zich goed voelt en weinig stress of zorgen heeft. Prachtig zo’n gemakkelijk en ontspannen leven, je gunt het toch iedereen? Punt is echter dat zo’n geluksopvatting kinderlijk en naïef is want in het leven is er ook pijn, ongerijmdheid en tragiek. Daar heeft iedereen vroeg of laat mee te maken. Hoe passen stress, verdriet en frustratie in een geluksopvatting? Dat is een lastige.
De geluksgekte, met het najagen van plezier en vermijden van zogenoemde negatieve emoties, werkt averechts, zegt Esfahani Smith. Dat is een interessante boodschap. Zonder pijn is er kennelijk geen geluk. En de geloofsbelijdenis om gelukkig te moeten zijn verhindert een gezonde omgang met emoties, met alle emoties, ook de zogenoemde negatieve.
Geluk betekent dus dat je ook een relatie aangaat met je pijn. Welke die relatie is? Accepteren wat er is: je vreugde, je verdriet, je passie en je pijn. Dat is een duidelijke boodschap, een lastige ook. Liever willen we bepaalde emoties niet erkennen omdat we ermee strijden of ons ervoor schamen. De boodschap is echter eeuwenoud en komt uit het Oosten. Tantra heet die. Tantra wordt vaak geassocieerd met een verzameling seksuele praktijken die een weg zijn naar bevrijde seksualiteit. Maar dat is een vernauwde opvatting. Tantra is iets anders. Het is de weg naar jezelf, naar innerlijke vrijheid. Tantra onderwijst alle emoties te voelen en te aanvaarden. Tantra vraagt aan jou het leven te omarmen – wat het ook brengt – en jezelf het meest. Dat is de weg naar een bevrijd leven. Hedendaags onderzoek bevestigt dat inzicht. Wie zijn zogenoemde negatieve emoties niet ontkent maar aanvaardt, voelt zich beter, kent minder stress, angst en depressieve gevoelens. Dat is de recente onderzoeksconclusie van psychologe Iris Mauss, verbonden aan de universiteit van Californië in Berkeley.
Voelen en aanvaarden wat er is als een weg naar geluk? Ja, en als je het woord geluk inruilt voor de woorden tevredenheid en dankbaarheid, wordt de term geluk ook weer concreter. Als je accepteert wie je bent, kun je je strijdbijl in de worsteling met jezelf begraven, vrede sluiten met jezelf en tevreden zijn met wat er is. Tevreden zijn met wie jij bent en daar dankbaar voor zijn. Zo hoeft er geen druk op je streven naar geluk te zitten. Je haalt de spanning eraf door in het hier en nu te zijn. De kracht van (te)vrede(nheid) en dankbaarheid is voelbaar in dit moment. Je hoeft alleen maar te ontspannen en te merken dat het er al is. Of is de nadruk op het nu ook weer modieus?
‘Geluk is blijven verlangen naar wat je al hebt’, met die modern klinkende bewering haalde de kerkvader Augustinus ruim 1500 jaar geleden al de druk van het streven naar geluk, en liet daarmee zien dat geluk binnen handbereik is.
Lees meer over geluk, en de druk op geluk in het boek Geluk binnen handbereik van Ton Roumen