21 december is de kortste dag van het jaar. Als de zon zich al laat zien, schijnt ze maar kort. Licht en duisternis zijn de thema’s die bij deze periode van het jaar horen. Dat is altijd al zo geweest. Voor de Germanen was dit een kritieke en angstige periode: het leven werd bedreigd door het tekort aan zon en er leefde de angst dat het licht niet meer zou terugkeren. Het zonnewendefeest zou de zon over haar dode punt heen kunnen helpen. Vuur, licht en lawaai waren daarbij de belangrijkste attributen. Zo probeerde men boze geesten te verjagen en goede geesten welkom te heten. Het afsteken van vuurwerk in de nieuwjaarsnacht – voor zover dat nog gebeurt – herinnert hier nog aan. Er waren wel meer rituelen om de zon een handje te helpen bij de terugkeer. Men liet een brandend wiel, een joel, van een heuvel afrollen om de zon te helpen over zijn ‘dode punt’ heen te komen. En als de zon op de laagste stand stilstond mocht niets op aarde draaien. In sommige streken was er zelfs een verbod om te spinnen uit angst dat de zon misleid zou worden en niet meer zou terugkeren. Als de zon weer wat sterker werd en langer begon te schijnen was men gerust: men wist dat het zonnerad weer begon te wentelen.
21 december is niet alleen de datum van de winterwende. Dit jaar vallen op die dag de planeten Jupiter en Saturnus samen. Bij helder weer zijn ze vanaf de aarde in één lijn te zien. Astrologen zien de conjunctie als een confrontatie tussen Jupiter en Saturnus. Jupiter staat voor positieve energie en Saturnus voor negatieve. Het is een strijd tussen levensgeluk en hoop aan de ene kant en opschudding en conflict aan de andere kant. Jupiter is optimistisch en enthousiast. Het is de planeet van nieuwe kennis, groei, genezing en geluk. Saturnus staat voor pessimisme en heeft een remmende werking in je leven, maar geeft ook aan welke levenslessen te leren zijn, zeggen astrologen. Het samenvallen van de twee planeten verwijst naar de actuele strijd tussen de ellende van de coronacrisis versus de hoop dat deze tot een spoedig einde komt.
Wij zijn puur licht en dat biedt een uitweg uit alle bedrukking en benauwdheid.
21 december is volgens astrologen om nog een reden bijzonder. Een vergelijkbare conjunctie zou tweeduizend jaar geleden de inspiratiebron hebben gevormd voor het kerstverhaal over de drie wijzen uit het oosten. De conjunctie namen de magiërs waar als een ster aan de hemel en deze zagen ze als de aankondiging van de geboorte van een bijzonder kind. Dat wilden zij hulde gaan brengen. Tijdens hun tocht naar de kribbe zouden zij zich hebben laten leiden door deze blinkende ster van Bethlehem. De ster symboliseert Jezus Christus. Die is ster én zon, een en al licht. Die zielenster van licht leeft ook in ons. Wij zijn puur licht en dat biedt een uitweg uit alle bedrukking en benauwdheid. En dat is bijzonder welkom in deze tijd. Want degene die in het licht wandelt laat duisternis achter zich. We hoeven ons er alleen maar van bewust te zijn dat we lichtwezens zijn en dit bewustzijn kunnen we in onze meditaties verder ontwikkelen. Wat we nodig hebben is licht, geen duisternis. ‘Duisternis kan immers geen duisternis verdrijven. Dat kan alleen licht’, zei Martin Luther King ooit al.