We waren er even tussenuit met Pasen voor een vakantie in een vakantiehuisje. Na een paar dagen namen in het huisje tegenover ons een vader, een moeder en vier kinderen hun intrek. Toen ze aankwamen zat ik buiten in het zonnetje met een kop thee en een boek. Ik keek op en zag de vader naar me kijken en vriendelijk zijn hand naar me opsteken. Ik beantwoordde dat gebaar op dezelfde manier. Het voelde goed die nieuwe overburen.
Die ervaring vormde een groot contrast met de groep die er het weekeinde daarvoor verbleef. Een voetbalteam. Ook toen zij arriveerden zat ik buiten in het zonnetje. Dit keer was er geen begroeting, geen oogcontact. Alsof ze niet gezien wilden worden. Het voelde niet goed, vijandig zelfs. ’s Avonds en ’s nachts was er lawaai, overlast, gedrag dat niet bij een ontspannen vakantie hoort. Het was de zaterdag voor Pasen, Stille Zaterdag, maar je kon deze dag beter de luidruchtige en grensoverschrijdende zaterdag noemen. Er ging dreiging van uit. Later begreep ik dat de openlijke agressie van de jongens te maken heeft met ervaringen uit het gezin in hun jeugd. Voetballen gold voor hen als een therapie. Maar ze zullen nog heel wat moeten voetballen wil er sprake zijn van agressiereductie – als dat al lukt.
We kunnen onszelf leren omarmen en mild worden. Daarmee wordt afscheid genomen van de oude bestaanswijze waarin we dagelijks aan het overleven zijn.
In plaats van openlijke agressie bestaat er ook onderdrukte agressie. Die ontmoet ik in mijn persoonlijk leven en mijn werk. Ogenschijnlijk is er vriendelijkheid, maar je merkt spanning in het contact. Dat is een intuïtieve ervaring, maar je kunt het ook fysiek merken aan de manier waarop iemand spreekt, aan de gezichtsuitdrukking, de spiertonus, de ademhaling. Er is frustratie, hardheid, boosheid, er zijn niet verwerkte ervaringen. Die kunnen ondergronds gaan en daar voortwoekeren en spanning en stress veroorzaken. Er is dan sprake van een verstoord gevoelsleven. Je kunt op zoek gaan naar de opheffing hiervan door je te richten op het maken van gevoelscontact met jezelf, je lichaam en anderen. Zo kun je onveiligheid en angst loslaten en de ervaring van veiligheid, vertrouwen en liefde ontwikkelen. We kunnen in contact komen met ons gevoel en ervaren dat we in onze basis veilig zijn. We kunnen onszelf leren omarmen en mild worden. Daarmee wordt afscheid genomen van de oude bestaanswijze waarin we dagelijks aan het overleven zijn. Misschien begint die nieuwe bestaanswijze wel met een simpele groet of open oogcontact met anderen, maar vooral met jezelf.