Dat emoties bronnen van vitaliteit zijn wordt niet altijd zo ervaren: heftige emoties vinden we lastig. Ze kunnen als een storm door je heen razen. Moet je je angst, verdriet en boosheid beteugelen? Moet je je emoties onderdrukken of moet je je erdoor laten meeslepen? Wat je kunt doen is met je aandacht naar je basis gaan en niet naar je hoofd. Net als een boom die een storm moet trotseren, kunnen de takken knappen. Als je met je aandacht naar je basis gaat, word jij je bewust van je ademhaling en van je angst, boosheid, verdriet, verbijstering, frustratie. Dat bewustzijn komt tot uitdrukking in een zin, bijvoorbeeld: ‘Ik weet dat ik bang, boos, of verdrietig ben.’
Misschien helpt het te weten dat emoties kort duren. De kans bestaat dat je in je hoofd blijft, of dat jij in je emotionele verhaal verstrikt raakt. De emotie wordt dan een mentale formatie. Op het moment dat jij dat voor jezelf vaststelt, gebruik jij je meditatieve gewaarzijn. Dan word je waarnemer. Waarnemer van je gedachten en emoties. Als je wil dat de storm gaat liggen, dat het rustiger wordt in je hoofd of in je hart, hoef je alleen maar naar de emotie te ademen. En daarna de emotie, welke het ook is, omarmen. Dit is wat nu bij je is.
Door de emotie te omarmen, neutraliseer je deze. Koester je emotie. ‘Ik weet dat ik bang ben en koester mijn angst’. Niet erin verstrikt raken, maar koesteren. Als een moeder die haar baby liefdevol koestert. Dat is genoeg. Dan worden de emoties geneutraliseerd, getransformeerd. Gebruik je adem en laat een zinnetje klinken: ‘Ik adem in en weet dat ik angstig ben, ik adem uit en omarm mijn angst.’ Herhaal dat zinnetje vaak. Dan zal blijken dat angst, boosheid en verdriet zaadjes zijn waar iets moois uit kan groeien en worden ze bronnen van vitaliteit.
Aankomende retraites: