‘Waarom klappen de mensen voor de Amerikaanse soldaten?’ vroeg ik als tienjarige in 1965 aan mijn vader toen we naar de intocht van de Vierdaagse in Nijmegen keken. ‘Omdat het onze bevrijders zijn,’ antwoordde hij. ‘We zijn ze dankbaar. Zij gaven de vrijheid aan ons terug.’ Ik wist destijds niet wat ik ervan moest denken, voelde wel dat het iets bijzonders was. Naarmate ik ouder werd en word, zie ik steeds meer de waarde van het stilstaan bij vrijheid. De oorlog zal nooit met pensioen gaan, las ik in de krant. En bijna viereneenhalf miljoen mensen keken naar de verschillende dodenherdenkingen op tv. Toen ik twee jaar geleden rond vier mei kamp Westerbork bezocht, viel me op hoeveel kinderen en jongeren er waren. Dat raakte me. Ook de jongere generaties beseffen hoe belangrijk vrijheid is. Dat besef wordt nergens duidelijker dan in het begin van mei.
Tijdens die jaarlijkse reflectie blijkt hoe belangrijk de vrijheid van meningsuiting, van levensovertuiging, van vrije pers en van vergadering is. Dan wordt duidelijk dat die vrijheden niet vanzelfsprekend zijn, terwijl ze wel de basis vormen van onze rechtsstaat. Het zijn inderdaad basisvoorwaarden, geen garanties. Die basisvoorwaarden kunnen niet garanderen dat er allerlei manipulerende en tirannieke mechanismen ontstaan in het menselijke verkeer. Er is vrijheid van vergadering, maar in die bijeenkomsten kan de één de ander manipuleren en intimideren. Er is vrijheid van levensovertuiging, maar als de één vindt dat zijn levensovertuiging de enige ware is, kan dat tot conflicten en zelfs tot oorlog leiden.
Basisvoorwaarden voor vrijheid kunnen niet garanderen dat er allerlei manipulerende en tirannieke mechanismen ontstaan
Echte vrijheid gaat erover dat er een gevoel van ruimte en vrede in jou bestaat. Dat je verbonden bent met een oneindige en transcendente ruimte. Je laat je niet langer leiden door verwachtingen en normeringen van anderen. Je bent niet meer afhankelijk van denkbeelden en overtuigingen van anderen of van de denkbeelden die je jezelf in de loop van de jaren hebt toegeëigend. Je bent altijd in staat die denkbeelden en overtuigingen te relativeren, los te laten en te transformeren. Vrijheid wordt zo innerlijke vrijheid waarin jij je weet te verhouden tot alle patronen en conditioneringen of hebt deze losgelaten en een eigen vrije ruimte hebt ontwikkeld. In die ‘heilige ruimte’ ben je veilig en vrij en leef je in vrede. Dat is het verhaal van Nelson Mandela.
Als politieke gevangene heeft Nelson Mandela zevenentwintig jaren van zijn leven vastgezeten in een gevangenis. Zijn bewakers hadden een witte huid, hij een zwarte. Zij pestten en vernederden hem. Dat deerde hem niet. Zijn innerlijke waarden konden ze niet aantasten. Hij leefde in zijn eigen, veilige en heilige ruimte. Bij zijn vrijlating dacht iedereen dat hij een oude gebroken man zou zijn of dat hij wraak zou nemen. Dat was niet zo. Hij liet zien dat er geen verbittering en haat was, dat hij de blanken niets kwalijk nam. Hij vergaf hen. In de gevangenis was er voor Mandela geen uiterlijke vrijheid. Anderen bepaalden wat hij moest doen, verkleinden zijn bewegingsruimte en vernederden hem. Vanbinnen koesterde hij de waarden van het hart zoals vergeving, rechtvaardigheid en verzoening. Hij was innerlijk vrij. De ontdekking van die innerlijke vrijheid is je ware bevrijder.
Abonneer je gratis op de maandagochtendcolumn (via de rechterbalk) en ontvang elke maandagmiddag het blog van die ochtend.