Bij het opruimen van de zolder vond ik een paar dozen met dictaten en boeken uit mijn studententijd. Mijn oog viel op een reader met schema’s en flowcharts die de sociale werkelijkheid zouden moeten representeren. Zouden moeten. Ik heb er lang waarde aan gehecht. Toegegeven, soms kan een schema of overzicht best handig zijn, maar ze tonen een geconstrueerde en gefilterde werkelijkheid.
Kennelijk hebben mensen de welhaast dwingende behoefte om de werkelijkheid in schema’s en modellen te gieten met als inzet de – vaak abstracte – werkelijkheid concreet en hanteerbaar te maken. Maar ieder model en iedere samenvatting is een reductie en ook een vervorming ervan: tussen werkelijkheid en model gaapt een gat.
Dat zie je ook bij de actuele coronacijfers die de media dagelijks weergeven. Jaap van Dissel krijgt kritische vragen over zijn modellen en over de onderliggende aannames en prognoses. Kennelijk kunnen er ook andere cijfers worden gegenereerd. Wat hebben cijfers te maken met de werkelijkheid? Cijfers kunnen een eigen leven gaan leiden. Ze worden een op zichzelf staand iets – een ding. Reïficatie heet dat deftig: de werkelijkheid die tot ding wordt gemaakt.
We maken van de levende werkelijkheid een model. Zo wordt die ontzield.
Toen ik studeerde gaf een professor in de godsdienstpsychologie een aantal colleges over dit fenomeen. Niet voor niets, want religie is bij uitstek het terrein waar een abstracte werkelijkheid tot een ding wordt gemaakt. We hebben een ziel, maar dat is ook weer niet te bevatten. De arts die sectie verrichtte op een lijk vond die niet. En wie en waar is God? Hoe kun je God concreet maken? Toen Joeri Gagarin op 12 april 1961 als eerste mens in zijn ruimtecapsule een rondje om de aarde draaide, vertelde hij bij zijn terugkomst dat hij God daarboven niet was tegengekomen. Op aarde komen we hem ook niet tegen, dus zoeken we hem in symbolische uitingen zoals een gebedssnoer, een godshuis, de doop of het aansteken van een kaars. Dat zijn concretiseringen die we kunnen behappen.
We benaderen de levende werkelijkheid met symbolen, schema’s en modellen. Zo wordt die ontzield. Van de veelkleurige en wonderlijke werkelijkheid maken we een ding en denken het over de werkelijkheid te hebben, maar met het model reduceren en vervormen we onze wereld.
We zijn gewend de werkelijkheid in modellen te vangen en die te duiden. Daarmee creëren we een illusie, nemen die voor waar aan en gaan erin geloven. Zo wordt onze ervaring weggedrukt en dat gaat ten koste van de primaire levensstroom en het unieke levensavontuur.