Een extra lang weekeinde hebben we. Maandag, Tweede Pinksterdag, zijn de scholen dicht en de meesten van ons hoeven niet te werken. Dat we in Nederland twee dagen vrij zijn met Kerstmis, Pasen en Pinksteren danken we aan de invloed van het christendom. Nu is er het voorstel Tweede Pinksterdag in te ruilen voor het Suikerfeest. Dit voorstel, afkomstig van Remonstranten, levert een vrije dag op die recht doet aan de religieuze diversiteit in onze samenleving en geeft ruimte om stil te staan bij wat moslims beweegt.
Een interessant voorstel, de moeite van het overwegen waard. Maar ik zie het lastige maatschappelijk debat al voor me. Met voor- en tegenstanders over een gevoelig onderwerp, dat religie altijd is. Moslims verwelkomen de suggestie: ‘Voor de onderlinge binding in onze maatschappij zou het heel goed zijn en een goede reden voor moslims om hier echt te wortelen,’ zegt Rasit Bal van het Contactorgaan Moslims en Overheid. Maar Anna Kruse, woordvoerder van de Nederlandse Kerkprovincie, heeft een andere mening: ‘Inruilen van feestdagen zouden we betreuren omdat elke feestdag uit zichzelf verwijst naar de christelijke boodschap.’
De betekenis van nationale religieuze feestdagen gaat echter verder dan de verbinding met een bepaalde religie zoals het christendom, boeddhisme of islam. Vanouds zorgen religies ervoor dat de mens zich vrij kan maken voor God. En vroeger waren die mogelijkheden nog omvangrijker. Naast Kerstmis, Driekoningen, Pasen, Hemelvaart en Pinksteren waren er de feesten van Allerheiligen, Allerzielen en Maria-Hemelvaart. Het aantal kon wel oplopen tot meer dan dertig. Meer dan genoeg mogelijkheden om vrij te zijn – vrij voor God.
Nu is de moderne mens geseculariseerd en gebruikt hij zijn vrije tijd misschien niet meer om God te dienen maar om ruimte te maken voor zichzelf in zijn hectische bestaan. Hij kan zijn werk loslaten, ontspannen en op adem komen. Het aardige is dat religies mensen helpen evenwicht te vinden tussen werk en vrije tijd. Dit is al eeuwenlang in kloosters zichtbaar. Daar zoekt men balans tussen bidden en werken, tussen meditatie en actie – ora et labora. Door vaste rustdagen, feestdagen, meditatie en gebed in te roosteren behoedt religie mensen van overmatigheid en voorkomt zo dat ze zich teveel verliezen in hun werk en genoeg tijd vinden voor ontspanning – voor zichzelf, voor God. Deze individuele religieuze houding overstijgt de concrete betekenis van Pinksteren, het Suikerfeest, het boeddhistisch Nieuwjaar of Divali, brengt de mens bij zichzelf en biedt ook weer genoeg gelegenheid sociale verbondenheid te creëren met mensen die anders denken of geloven.