Het programma Verborgen verleden gaat op zoek naar het familieverleden van bekende Nederlanders. Maarten van Rossem, Philip Freriks en Alex Klaasen waarin daarin te gast. De historicus Maarten van Rossem blijkt een rechtstreekse afstammeling van de zeeheld Maarten Tromp. Geschiedenis verbindt hen. Een voorvader van francofiel Philip Freriks diende in het leger van Napoleon en vocht in de slag bij Waterloo. Kleinkunstenaar Alex Klaassen heeft zijn zangtalent geërfd van zijn opa die in een van de beroemdste zangkoren ter wereld zong. Alle drie vinden in hun familie trekken van zichzelf. Hun identiteit, of een deel daarvan zit in hun genen.
De magie op zoek te gaan naar je verborgen verleden heb ik ervaren in mijn zoektocht naar de geschiedenis van mijn familie. In archieven zoeken naar oude familieverhalen is bepaald niet saai. Je verleden komt tot leven en je kijkt in de spiegel. Familieleden van vorige generaties willen een eigen weg vinden binnen bestaande conventies en kaders. Ik ontdek dat een oom zijn weg zoekt als leraar. Voor hem was zoveel jaren geleden een onderwijscongregatie daarvoor een geëigend kader, maar dat katholieke keurslijf bleek na veel worstelen te moeten worden losgelaten. Toen hij het klooster verliet kon hij zich in vrijheid als leraar verder ontwikkelen. In zijn zoektocht herken ik mijn eigen vroegere dilemma, mijn spirituele boodschap wél of niet binnen kloosters te delen. Ik ontdek ook dat ooms en tantes heldere doelen hadden en die met overtuiging wilden realiseren terwijl de Tweede Wereldoorlog hun doelen dwarsboomden. Tegenwerking van doelen die je wil realiseren is ook herkenbaar in mijn leven, ach in wiens leven niet.
We zijn geen kopie of kloon van onze ouders, ooms en tantes
In je familiegeschiedenis duiken is bijzonder, helend zelfs, het geeft je een aarde-element, een fundament. Bijna letterlijk. Alsof we gedragen worden. Alsof wij op de schouders staan van onze ouders, die ons dragen. Zij op hun beurt staan op de schouders van hun ouders. We staan in een lange traditie van ouders en voorouders en kunnen wortelen in die geaarde traditie. Onze familie is immers de plek waar we vandaan komen. Van daaruit kunnen we ons verder ontwikkelen. Het is ook weer zo dat we niet samenvallen met onze familie. We zijn geen kopie of kloon van onze ouders, ooms en tantes.
We staan op de schouders van onze ouders en kunnen verder kijken dan zij ooit konden. Ons zicht is niet scherper dan dat van vorige generaties. Wij zien wat we zien omdat wij groter zijn en op een reusachtige, eeuwenoude gestalte staan van generaties en tradities.
Ik kijk verder dan mijn ouders en mijn kinderen kijken weer verder dan ik. Hun kennis van computers en informatietechnologie bijvoorbeeld is vele malen groter dan die van mij, maar dat is slechts een oppervlakkig signaal. Als je goed naar ze luistert, hoor je een ander mens- en wereldbeeld. Dat is bijzonder en verrassend.
Heel herkenbaar! Op zoek gaan naar je geschiedenis kan tot verrassende inzichten leiden. Zo begreep ik , zonder tevoren op de hoogte te zijn, uiteindelijk dat mijn interesse voor spirituele zaken en gezondheid al duidelijk aanwezig waren in mijn familielijn. Het beeld van een ander perspectief spreekt me erg aan.