Vertrouwen

Meten is weten. Het CBS is een exponent van dit soort denken. Het Bureau voor de Statistiek onderzoekt regelmatig ons gedrag. Hoe vaak we gemiddeld per dag onze tanden poetsen, hoeveel liter melk we per jaar drinken en hoeveel vlees we eten. Ze peilen zelfs ons vertrouwen. Vrolijk werd er gemeld dat het vertrouwen in andere mensen en instituties groeit. Vorig jaar gaf 62 procent van de volwassen Nederlanders aan anderen wel te vertrouwen. Dat is een lichte groei van 2 procent vergeleken met het jaar ervoor en past in het beeld van een stijgende lijn in de laatste jaren. Overigens zegt 40 procent dat je niet voorzichtig genoeg kunt zijn. Gebrek aan vertrouwen is er dus ook. Dat percentage is behoorlijk hoog.

Hoe groot het vertrouwen is verschilt per regio. In het katholieke zuiden is het onderling wantrouwen gemiddeld groter dan elders en dat geldt ook voor Oost-Groningen. In die streek heeft dat te maken met de ervaring niet gehoord te worden door de overheid over de schade door de aardbevingen en in Zuid-Limburg leeft traditiegetrouw het idee niet bij Nederland te horen.

Het gevoel niet gehoord of gezien te worden is herkenbaar, universeel. Als een inwoner uit Groningen beloofd wordt dat de schade aan zijn huis na een aardbeving wordt vergoed en die belofte wordt niet nagekomen, krijgt je vertrouwen een deuk. Als jonge kinderen, voor wie liefde en aandacht belangrijk zijn, emotioneel worden verwaarloosd, kan dat de ontwikkeling naar volwassenheid schade berokkenen. Ook dan gaat het over vertrouwen. Van vertrouwen is sprake als een ander gevoelig is voor iets dat waardevol en kwetsbaar is voor jou en daar prudent, integer en betrouwbaar mee omgaat. Gebeurt dat niet, dan wordt het vertrouwen geschonden en vermindert het jouw zelfvertrouwen. Vertrouwen is gebouwd op zelfvertrouwen.

Als onze klacht niet wordt gehoord of als we te weinig affectieve bevestiging als kind hebben gekregen, ontstaat er een gemis en gaan we aan onszelf twijfelen. Ben ik wel goed genoeg? Hoe versterk je je zelfvertrouwen? Je kunt er niet altijd zeker van zijn dat de ander jou vertrouwen schenkt. Veertig procent van de Nederlanders zegt immers dat je de ander niet kunt vertrouwen. Wat zou het zijn om vertrouwen aan jezelf te geven? Het feit dat je geboren bent, en hier op aarde leeft, betekent dat er een plek voor jou is, dat je ruimte kunt innemen, dat jij er mag zijn. Dat kun je ervaren, het is ook heel lijfelijk en je kunt erop gaan vertrouwen, dat jij er mag zijn. Zelfvertrouwen correspondeert dan met een gevoel van veiligheid en stabiliteit, het geeft jou kracht en eigenwaarde. Eigenwaarde is het besef dat jij de moeite waard bent. Dat is de basis voor zelfvertrouwen en ook voor het geven en ontvangen van vertrouwen.