Afgelopen week was ik te gast in het retraitecentrum van de St Willibrordusabdij in Doetinchem. Ik werd bijzonder gastvrij ontvangen. Dat is geen uitzondering want in alle kloosters waar ik kom om retraites te geven vind ik een hartelijk onthaal. Het vormt een schril contrast met onze wereld waar niet iedereen altijd overal gastvrij wordt onthaald. Waarom ontvangen kloosters hun gasten ruimhartig en wat is hun geheim? Benedictus (480 – 547), grondlegger van de orde der Benedictijnen beantwoordt deze vraag.
Hij schrijft dat iedere gast Christus kan zijn en dat die daarom een warm welkom verdient. Dat proef je als je in een klooster verblijft. Deze gedachte is een mooie inspiratie om dit inzicht in het dagelijks leven toe te passen. Ben ik zelf gastvrij? Je kunt vluchtelingen opvangen maar het kan ook via kleine acties. Ik kan anderen met een glimlach tegemoet treden of simpelweg een naam onthouden en die gebruiken als ik hem of haar na een maand weer ontmoet. Ook dat is gastvrijheid.
Gastvrijheid kan in kleine acties zitten, bijvoorbeeld anderen met een glimlach tegemoet treden.
De vraag wat gastvrijheid is deed me aan mijn familie in oorlogstijd denken. In de septemberdagen van 1944 werd Zuid-Limburg bevrijd, maar Roermond, de stad waar ik geboren ben en mijn familie vandaan komt, zou pas op 1 maart 1945 worden bevrijd. Roermond was een frontstad en de gevechten waren zo hevig dat in de winter besloten werd tot een algehele evacuatie van de stad. Dat was een gevaarlijke en angstige onderneming omdat de meer dan 10 duizend evacués uit de stad per trein via Duitsland naar Friesland werden vervoerd en de treinen door de Duitsers werden gebombardeerd omdat ze dachten dat er geallieerde soldaten in zaten. Eenmaal aangekomen in Friesland was de vraag of ze gastvrij zouden worden onthaald. Het algemene beeld was dat dit wel gebeurde.
Mijn opa en oma kregen onderdak bij een vrouw die recent weduwe was geworden. Op haar vraag na de eerste nacht hoe ze hadden geslapen antwoordden zij dat dit niet het geval was omdat het matras te hard was. Ze repliceerde dat ze nog diezelfde dag een ander, beter bed zou laten plaatsen en voegde daaraan toe dat ze niet had geweten welke evacués ze in huis zou krijgen. Je zou kunnen zeggen dat het een veelvoorkomende vorm van gastvrijheid was: aanvankelijk de kat uit de boom kijken om daarna haar scepsis en vooroordelen over Limburgse evacués te laten varen en te ontdekken dat ze in goed gezelschap was en hartelijke gesprekken kon voeren. Ach, soms moet een vooroordeel worden overwonnen, maar dan kan het hart zich openen.